Deel dit artikel:

Op bezoek bij Tudor

Het klassieke voorjaar zit er weer op. Voor het eerst zagen we de Tudor ploeg van Fabian Cancellara in beeld rijden bij zowat alle wedstrijden. Marco Haller zat in bijna elke kopgroep en Julian Alaphilippe trachtte de Waalse klassiekers mee te kleuren. Onze man kreeg een unieke inkijk in de nog jonge ploeg tijdens de Ronde van Vlaanderen. Hij trok in select gezelschap naar het rennershotel, en volgde de Ronde in de Tudor-loge op de Kwaremont.

De Ronde is de Hoogmis van de Vlaamse koers. Het is de allerbelangrijkste race van het voorjaar voor alle Vlamingen, een volksfeest met vele tienduizenden fans langs de kant van de weg. De gladiatoren, en ik laat Spartacus zelf aan het woord, ‘fietsen over kleine baantjes en grote wegen, op en af, kasseien en asfalt, langs een uitzinnige massa met bier en frieten. Vlaanderen is uniek in zijn soort, mijn favoriete wedstrijd.’ Spartacus is uiteraard Fabian Cancellara, de Zwitser die drie keer de Ronde won, en evenveel kasseien uit Roubaix mee naar huis nam. Tudor Pro Cycling Team is het team dat werd opgericht door Cancellara, Tudor de sponsor die ons uitnodigde om de Ronde van Vlaanderen 2025 van dichtbij te beleven in de buik van het team. ‘Dé Tudor’ gaat trouwens terug naar 1926, toen hij werd gelanceerd als een uurwerk met de kwaliteit van een Rolex, tegen een meer toegankelijke prijs. Tudor behoort nog steeds tot de Rolex-familie.

Op hoogte

Place to be : Monte Marcella, het nieuwe hoogteresort in de rand van Kortrijk, dat voor dit weekend een wielerbastion is. Bij de oprit vallen meteen de campers op, met aan de ingang shirtjes van Tudor en twee fietsen. Even verderop staat ook een gigantische eventtruck en een reeks BMC Teammachine fietsen te blinken. En alsof dat nog niet volstaat is ook de UAE damesploeg er gehuisvest met onder meer Longho Borghini in hun rangen. ‘Je mag de full experience beleven.’, krijg ik bij de receptie te horen. ‘Je slaapt in de camper Marco Brenner, dat is de derde in het rijtje. Ik waan me langs de kant van het parcours en verken mijn plek voor deze nacht. Niet echt gemaakt op mensen van 1m90 zo blijkt. Wel super tof. In de camper vind ik sokken, een petje, wat mondvoorraad en bidons. We gaan hier niks tekortkomen. Dat is ook duidelijk wanner ik me richting truck begeef voor de lunch. Greg Van Avermaet, zelf nog steeds op het Zwitserse BMC rijdend, schuift ook aan voor het buffet en rijdt straks een eindje mee.

Born to dare

Born to dare, dat is de slogan van Tudor en ook van het cycling team. Durven koersen, durven rijden. Dat blijkt ook in onze groep hard op zijn plaats, want ons peloton is uiterst divers. Van Olympisch kampioen tot juweliers en restauranthouders die met platte pedalen en sneakers op hun dure teammachine kruipen. Ik neem kort de taak van de mekanieker over en leg de mensen uit dat de rechter hendel achteraan remt, en de linker vooraan. Dat de knopjes erachter een schakelfunctie hebben. Born to dare, ten voeten uit. Langs vlakke wegen en kanalen fietsen we met een grote omweg van Monte Marcella naar het Parkhotel in Kortrijk. Dat is gedurende het Vlaamse voorjaar de tweede thuis van Tudor. Ze verblijven er van de Omloop tot Roubaix. Het team heeft een eigen kok mee die er kookt voor de renners, niet voor de staff. Er wordt een deel van de keuken opgeëist tijdens hun verblijf.

Op de groei

Fabian Cancellara is trots op het project. Het is zijn manier om iets terug te geven aan de sport die hem zoveel gegeven heeft. Dat deed hij door de Swiss Racing Academy verder te zetten, toen die dreigde te verdwijnen. De klemtoon ligt op het groeiverhaal van de renners en een ploeg waar iedereen tevreden is en alle middelen voorhanden zijn om te presteren. Fabian zit in een hoekje te bellen wanneer we langs de achterdeur het hotel binnengaan. De renners krijgen massage voor de grote dag morgen. Ondertussen gaan wij met een frisse Fanta in de hand richting ploegbus en materiaaltruck. Die eerste blinkt uit door een luxe zetel en privé ruimte voor de renners. De tweede doet dat door een veelvoud aan fietsen en wielen. Iedere renner heeft drie fietsen ter beschikking. Een voor de eerste en één voor de tweede volgwagen, en eentje om op te vertrekken uiteraard. In de truck hangen reservewielen want de standaard binnen de ploeg varieert per wedstrijd: Vlaanderen op 30mm en Roubaix op 32mm met ook een andere (gravel)velg. De mekaniekers vertellen vol trots over hun taken en hoe ze een eenheid vormen zonder niveauverschil. Trots op Tudor, dat stralen ze oprecht uit.

Tafelen met Spartacus

De terugweg gaat niet via een omweg waardoor we snel terug bij Monte Marcella staan. Ik krijg er de kans om even met Spartacus te praten die nadien snel naar de rennersbriefing gaat en even snel weer terugkomt om met ons mee aan tafel te gaan. In het resort zitten ook de dames van UAE Cycling, met Longho Borgini en haar trofee van Dwars door Vlaanderen. De ruimte is omgetoverd vol uurwerken en verwijzingen naar koers en Tudor. De tafel heel mooi gedekt voor de maaltijd van Valerie Baetens, chef op verplaatsing deze avond. Wat zeg je dan tegen je renners, vraagt iemand bij de openingsspeech van Fabian. “Ik ben geen sportdirecteur dus daar bemoei ik me niet mee. Wat wel belangrijk is: de trainingen zitten erop, de rust is genomen, de massage gegeven. Morgen moeten ze het veld in als ‘warriors’. Bereid om te strijden en de eigen limieten op te zoeken.”. Aan de overkant van de tafel sluit ook Van Avermaet aan. Zo hebben we de twee gouden medailles van Rio in ons midden: zowel op de weg als in de tijdrit. Na een zeer gezellige avond in select gezelschap zwaait iedereen weer uit. Greg naar Sporza, Fabian naar het ploeghotel, sommigen naar huis, en ik naar de camper.

Het is koers

Daags nadien begint met een frisse duik in het zwembad van Monte Marcella. Het is Frederik Van Lierde himself, ambassadeur van Monte Marcella, die het zwembad open legt. Met een frisse kop duik ik eerst het ontbijtbuffet in. Voor mij in de rij om koffie: Elisa Longho Borgini, drie dagen eerder Dwars door Vlaanderen gewonnen. En de dietist van de ploeg, die een Vlaming blijkt te zijn. Pannenkoeken en kwark zijn duidelijk favorieten van de dames op de ochtend van de Ronde. Dat is het natuurlijk, de dag van de Ronde. Zo meteen rijden we naar Kwaremont waar de koers gevolgd wordt vanuit de Tudor-loge in het VIP dorp. Zie het als een vijftiental bedrijven die elk hun eigen restaurantje hebben, met terras dat uitkomt op de kasseien van de Kwaremont. Naast ons Woestijnvis en Flanders Classics, twee verder Quick Step met bijvoorbeeld Stybar en Patrick ‘Patlev’ Lefever. Ik kies een stoeltje aan de ronde tafels dat direct uitgeeft op een van de drie televisieschermen in onze ruimte, want ik wil natuurlijk niks missen van de koers. Op ons terras staat aan de overkant een groot scherm in de openlucht, dus dat is ook een optie. Dat is alvast een geruststelling: ik ga vandaag niks moeten missen van de koers. Bij de toiletten sta ik samen met Boonen, onderweg passeer ik Van der Spiegel en Kwiatkowski. Qua sfeerschepping kan dat tellen.

Cadeautjes voor de kampioenen

De massa op de Oude Kwaremont is overweldigend. Recht tegenover ons zoeken enkelingen met te veel promille in het hoofd contact met de overkant. Eventjes ervoor hoorde ik de man achter me zeggen: ‘Van der Poel gaat dat hier winnen straks’. Geheel overtuigd draai ik me om en voeg toe: ‘Dat denk ik niet, die ziet er helemaal niet flitsend uit hoor. Pogacar komt hier straks alleen aan ons voorbij.’. ‘Hé, ben jij niet die kerel van Grinta!? Ik lees ze allemaal!’, gaat het gesprek verder. Wout gaat aan op de laatste keer Kwaremont en de massa wordt gek anderhalve kilometer verderop. In het tweede deel van de Kwaremont ziet de wereld er anders uit: ‘Gij kent er precies wel iets van, maar ja, ge zit aan de bron hé.’. De wereldkampioen wint en de Kwaremont loges lopen toch grotendeels leeg. Ik blijf rondhangen om straks ook Lotte in haar kampioentrui te zien passeren. Achteromkijkend. Wat ze van daar tot Oudenaarde zal doen, want er komt niks meer van achteruit. Twee wereldkampioenen, twee winnaars, en vanaf 6 april 2025 ook allebei de trotse eigenaar van een Tudor. Want dat cadeautje was er voor de winnaars ook, met Tudor als officiële time keeper van de Ronde.

Gedurfd

En hoe deed Tudor het zelf? Marco Haller reed de ganse koers op de voorgrond, daar kan je dit voorjaar je uurwerk op gelijk zetten. Trentin probeerde ook te anticiperen en was mee met Ganna. Allebei zaten ze samen met Rick Pluimers in de groep die spurtte om een top tien plaats. Born to dare. Gedurfd om te koersen, ook zonder speerpunt Julian. Gelukkig heb ik niet gedurfd aan de bar, want 500 meter na het afrijden van de parking moet ik al blazen. Safe. Anders had ik vermoedelijk geen dansende politieagenten gezien die me vrolijk de weg naar huis wezen.