Deel dit artikel:

Getest: 3T Racemax Italia

GRAVELBIKE VAN HET JAAR - DEELNEMER 8 // Licht is hij in deze uitvoering niet, goedkoop al helemaal niet. Maar toch deed de 3T Racemax Italia onze jury van Gravelbike van het Jaar watertanden, zowel voor, tijdens als na het fietsen. Deze in Italië gemaakte aero gravelracer kan namelijk elk terrein aan en doet dat in stijl.

Om de positie van deze fiets in het gamma van 3T een beetje te kaderen, moet je weten dat het Italiaanse merk een beperkt aantal modellen heeft, waarvan er telkens één versie in het Verre Oosten wordt geproduceerd, zoals de meeste fabrikanten doen, maar dat ze ook een uitvoering hebben die effectief in de eigen Italiaanse fabriek wordt gemaakt. Dat gebeurt dan niet grotendeels met de hand, wat de gebruikelijke methode is, maar door de draden in een buisvorm te wikkelen, die buizen te verbinden, in de mal te leggen, hars te impregneren en dan te bakken. Deze Racemax Italia ziet er dus wel hetzelfde uit als de veel betaalbaardere, gewone Racemax, maar is toch op een compleet andere manier gemaakt. Dat liet bij ons meteen vragen rijzen – bijvoorbeeld: ‘Een andere fabricatiemethode vraagt toch ook een ander ontwerp?’ – maar we wilden ons toch vooral laten verrassen door het rijgevoel bij de test.

(Kracht)patser

3T zet graag in op ‘aero’ en dat komt in niet al te kleine mate door de inbreng van Gerard Vroomen, lang geleden de mede-oprichter van Cervélo en tegenwoordig mede-eigenaar en hoofd van het designteam bij 3T. Terwijl de Extrema de krachtpatser is in het gamma, draait het bij de Racemax vooral om snelheid. De framevormen zijn op zijn zachtst gezegd opvallend te noemen. Kijk maar even naar die massieve onderbuis (om de bidons uit de wind te zetten), de naar beneden gekromde liggende achtervork, de laag aangezette staande achtervork en de rond het achterwiel gekromde staande buis. Dit is geen fiets om onopgemerkt te verdwijnen in de massa, maar dat had je ongetwijfeld al begrepen.

Toch betekenen snelheid, aero en racewaardigheid niet dat je enkel met smalle gravelbanden op weg kan. Er is ruimte tot 46 mm effectieve bandbreedte, en als je kiest voor de kleinere, speelsere 650b-wielen, loopt dat zelfs op tot 61 mm. Die veelzijdigheid maakt van de Racemax een erg interessante fiets. En dan hebben we het nog niet over zijn rijkarakter gehad.

Met de gewone Racemax hebben we nog niet gereden, maar van deze Racemax Italia durven we gerust te zeggen dat het een aalvlugge gravelracer is. Hij paart stijfheid aan levendigheid en directheid. Hiermee wil je altijd en overal hard gaan, ook in singletracks, waardoor gravelredacteur Bart een keer bijna op zijn gezicht ging. Dat kwam echter ook door de Pirelli Cinturato Gravel M-banden, waarvan hij iets meer had verwacht in de modderige omstandigheden die we hadden.

Snel maar ook stabiel en comfortabel

De fiets zelf inspireert namelijk wel tot veel vertrouwen. Hij accelereert dus niet alleen snel, maar voelt ook stabiel aan als je op een supersmalle singletrack afdaalt. Bochtenwissels gaan vlot en direct. Dit lijkt niet alleen een ideale gravelracer, maar ook een snelle fiets waarop je moeiteloos in een peloton meekan, eens je (geen al te smalle) racebanden hebt gemonteerd. Dat inzetbereik keert ook terug in het aantal montagepunten voor accessoires. Enkel een derde bidonhouder en een bovenbuistasje krijgen een vast plekje op het frame.

Waar deze 3T nog wist te verrassen was op het vlak van comfort. Het Italiaanse carbon deed duidelijk goed zijn werk om trillingen te dempen. Zelfs de langwerpige aero zadelpen voelden we goed doorbuigen om lichte klappen op te vangen. Op die manier konden we langer in het zadel blijven zitten, wat in wedstrijden handig is, aangezien je op die manier langer kan blijven trappen, zelfs als het terrein wat ruwer wordt, waar anderen zich enkel nog kunnen concentreren op het opvangen van de klappen. Het zadel zit maar met één bout vast op de klem, dus let je maar best goed op dat je die goed aanspant. Eens we ons daarvan hadden vergewist, bleef het zadel perfect op zijn plek.

Hard in het midden, comfortabel aan de buitenkant

Van origine is 3T een onderdelenmerk en het maakt nog altijd sturen en pennen. Tot voor kort liepen de kabels pas in de bovenbuis het frame binnen, maar dankzij de nieuwe Integrale-vork en More-stuurpen lopen de remleidingen nu volledig binnendoor. Dat betekent nu wel dat je de vorkbuis effectief op de juiste hoogte moet afzagen en je daarna geen marge meer hebt om hoger te zitten, maar dat is nu eenmaal bij veel moderne fietsen het geval. Het Aeroghiaia Integrale LTD-stuur is een buitenbeentje onder de gravelsturen. Het is niet alleen van carbon (229 gram in 40 cm breedte), maar heeft ook een platte bovenkant. Dat zal misschien wel een beetje helpen om een minimaal aantal watt te besparen, maar voelt niet aangenaam als je het stuur daar wil vastpakken. De compacte vorm met dubbele flare lag dan weer wel meteen perfect in de hand. Kortom, een aangenaam stuur, zolang je het niet aan het platte gedeelte vastneemt.

We moeten wel nog even een kanttekening maken bij de wielen. Invoerder Addict wou voor deze verkiezing een fiets met aluminium wielen insturen om op die manier net niet boven het prijsplafond te komen, maar die waren niet tijdig beschikbaar. Onze test gebeurde dus met de erg brede (en aangename) carbon 3T-wielen. Daarna probeerden we hem ook met andere alu wielen, maar het basisgevoel van de fiets bleef gelukkig hetzelfde, wat getuigt van de kwaliteit.

“Mocht prijs geen invloed hebben op onze beslissing, dan zou meer dan één jurylid deze fiets eruit pikken als zijn favoriet om zelf in de garage te hebben.”

Op deze fiets kan je gerust een 1X-groep monteren, maar ons testmodel had een Rival AXS 2X. Dat zorgt voor kleine stappen tussen de 12 versnellingen en toch een ruim bereik. Toegegeven, zo’n nieuwe 13-speed-groep zou nog beter passen bij de Racemax, maar dan kom je in een compleet andere prijsklasse terecht, terwijl die nederige Rival ondanks zijn hogere gewicht, die de complete fiets op 9,05 kilo brengt, zeker geen sukkelaar is. De remgrepen liggen goed in de hand en hij schakelt quasi even vlot als de duurdere groepen.

Conclusie

De 3T Racemax Italia ziet eruit als een pure patserbak maar rijdt ook als een vliegmachine. Mocht prijs geen invloed hebben op onze beslissing, dan zou meer dan één jurylid deze fiets eruit pikken als zijn favoriet om zelf in de garage te hebben. Het rijgevoel is top, dankzij de directheid die gepaard gaat met het onverwacht hoge comfort, en het uiterlijk is om duimen en vingers bij af te likken. In de onderbuis heb je een gedeelte dat geen prachtige donkerrode laag heeft gekregen, waardoor je de carbonweving perfect ziet. Dat is maar een van de details die materiaalliefhebbers kunnen smaken. Door de prijs van net geen 7000 euro zal deze Italia-versie maar voor een select groepje fietsers weggelegd zijn (en greep 3T net naast een podiumplek in deze verkiezing), maar gelukkig is er ook nog een ‘gewone’ Racemax.

Meer info vind je op de website van 3T >>

Gerelateerde artikels