Deel dit artikel:

Docu: hoe de Engelstaligen hun intrede in de Tour maakten

De Tour de France van 1928 was een gedenkwaardige. Niet alleen omdat eindwinnaar Nicolas Frantz vanaf dag één in het geel reed, maar ook omdat er voor het eerst een team met renners uit Engelstalige landen aan de start stond. Volgende maand (9 november) is er een documentaire over dat onderwerp in bioscopen in het Verenigd Koninkrijk te zien.

De organisatie van de Tour zag in 1928 voor het eerst een klein team uit Engelstalige landen aan het vertrek staan. De formatie telde vier gezichten: de Australiërs Sir Hubert Opperman, Ernie Bainbridge en Percy Osborne en de Nieuw-Zeelander Harry Watson. Drie van hen hielden het vol tot het einde, ook al waren ze allesbehalve goed voorbereid. De Franse media bestempelden hun deelname als ‘zelfmoord’.

In Le Ride, zoals de documentaire heet, treden Phil Keoghan en zijn vriend Ben Cornell in de wielsporen van de vier renners. Ze rijden dezelfde route als in 1928 en doen dat op fietsen uit die tijd. Dat betekent dat ze onder andere de Pyreneeën en Alpen oversteken op stalen rossen zonder versnellingen en goed presterende remmen.

De Ronde van Frankrijk in 1928 was goed voor zo’n 5.400 kilometer. Dat is 2.000 kilometer meer dan Chris Froome en zijn collega’s vandaag de dag gewend zijn. De Tour van 1928, die voornamelijk de landsgrenzen van Frankrijk volgde, staat bekend als een loodzware aflevering: slechts 41 van de 161 gestarte renners haalden het einde.