De wereldkampioenschappen veldrijden in het Tsjechische Tabor leverden spannende wedstrijden op, met veel Belgen in een glansrol. Twee toppers zagen evenwel omwille van mechanische troubles hun regenboogdromen in rook opgaan. De ene stond op zaterdag om de juiste tubes te janken, de andere zag op zondag twee keer zijn ketting rond zijn oren vliegen. Waarop een neutraal waarnemer zich afvraagt hoe het in godsnaam mogelijk is…
OK, de Deen Simon Andreasen bij de juniores op zaterdag en de Nederlander Mathieu Van der Poel bij de profs op zondag waren beresterk, maar zonder mechanisch onheil moesten onze landgenoten Iserbyt en Van Aert niet strijden voor een tweede plek. Nee, ze waren meer dan sterk genoeg om een gooi te doen naar de wereldtitel. West-Vlaming Iserbyt is bij de juniores een klasse apart. En hoewel hij met een zelfverzekerde ‘Ik ben er klaar voor’ naar de startlijn toe reed, bleek zijn entourage toch niet zo klaar voor de titelstrijd. Toen Iserbyt er al vroeg in de wedstrijd achter kwam dat het bandenprofiel waarmee hij van start was gegaan niet voldeed op de Tsjechische bodem, vroeg hij ‘de post’ om een fiets met het zwaardere ‘rhino’-profiel klaar te zetten. Bleek dat de wielen met die tubes er omheen nog in de camper stonden en het duurde een paar ronden vooraleer Iserbyt op het juiste rubber zijn regenboograce kon verder zetten. Maar dan was de sterke Deense vogel al lang gaan vliegen…
Eén dag later herhaalde het amateuristische scenario zich bij die andere Belgische medaillehoop, Wout van Aert. De man die dit jaar al meermaals bewees Van der Poel aan te kunnen, had in de week voor het WK een nieuwe fiets gekregen. Een fiets met dezelfde Sram Force CX1 onderdelen waar ik al een hele winter mee rond rij en waarvan de ketting er nog niet één keer af vloog. Van Aert stond nog voor half koers al twee keer langs het parcours om zijn ketting er op te leggen. Voor het Force CX1 kettingblad gebruikt Sram de X-Sync technologie waarbij heel hoge en vierkant gevormde tanden de ketting het nagenoeg onmogelijk maken om er af te vliegen. Sram past de X-Sync technologie ook toe op zijn mountainbike- en downhillkettingbladen, sporten waarbij de ketting wel wat zwaardere klappen te verwerken krijgt dan bij het veldrijden. Waardoor er volgens mij voor het Van Aert probleem slechts één mogelijke verklaring is: de ketting lag gewoonweg te lang…
Ondanks de mechanische ellende toonden de twee crossers in de wedstrijd hun mentale weerbaarheid want ze knokten zich allebei nog tot een tweede plaats. Na de wedstrijd reageerden Iserbyt en Van Aert ook al op dezelfde, Vlaamse manier: braafjes. “Ik heb een inschattingsfout gemaakt”, prevelde Iserbyt, maar een junior onder grote druk moet ook door zijn omgeving voor fouten behoed worden. Stel je voor dat een jonge Sebastian Vettel tegen zijn racecrew voor de Grote Prijs van Maleisië zegt dat ze in de pits geen regenbanden moeten voorzien, dan mag je er donder op zeggen dat een ervaren teamleider daar tegenin gaat en die regenbanden wèl klaar legt. En zo had de entourage van Iserbyt op de belangrijkste wedstrijd van het jaar die Rhino’s gewoon in de post moeten hebben. “Ik heb er zelf voor gekozen om met die nieuwe fiets te rijden, dus moet ik daar achteraf ook niet onnozel over doen. En volgens mij verlies ik de wedstrijd vooral door mijn valpartij later in de wedstrijd”, aldus Van Aert, al hoop ik wel dat hij nadien nog eens flink van gedachten is gaan wisselen met zijn mecanicien. Ik denk dat Vettel dat ook wel zou doen mocht tijdens een race het stuur van zijn F1-bolide twee keer los komen…
Iserbyt en Van Aert hebben in de cross mentale sterkte getoon door niet op te geven en door te zetten. Nu moeten ze die mental force ook tegenover hun omgeving tonen. Want een atleet die honderd procent voor zijn sport leeft, mag diezelfde focus van zijn entourage verwachten.