Gran Fondo Strade Bianche en Il Lombardia ontvangen terug deelnemers

We moeten je vast niet vertellen dat het hele Gran Fondo-gebeuren een dikke 50 jaar geleden in Italië ontstond. Vandaag zijn de toertochten nog steeds de uitgelezen kans om als gewone sterveling op de fiets ook eens van de iconische wegen te proeven die de profs elk jaar aansnijden. Op televisie zien ze er toch zo aanlokkelijk uit, die witte grindwegen. Om nog maar te zwijgen van de prachtige natuur in Lombardije. Dit is je kans om het ook eens in levende lijve mee te maken.

Gran Fondo Strade Bianche

De eerste van de twee Gran Fondo’s is die van de Strade Bianche op 12 september. Om een zo breed mogelijk publiek aan te spreken, voorziet de organisatie twee routes. Vertrek en aankomst liggen voor beide routes in Siena. Route 1 is de langste, dezelfde lengte als de vrouwenkoers en komt neer op 139,2 kilometer met 31,6 kilometer aan grindwegen. Na een goeie 40 kilometer is er in Radi de mogelijkheid om een short cut te nemen richting Vico d’Arbia. Daar komen de korte en lange route weer samen om gezamenlijk de laatste 23 kilometer richting Siena te vervolledigen. De ingekorte route komt neer op 86,6 kilometer met nog steeds 21,6 kilometer aan grindstroken. Van het stof zal je die dag hoe dan ook geproefd hebben, tenzij het regent (waar we natuurlijk niet op hopen). Kan jij de tijd van Mathieu van der Poel verbeteren op de Via Santa Caterina?

Omdat de editie van vorig jaar niet kon doorgaan, werden de 6.000 inschrijvingen doorgeschoven naar dit jaar. Een goeie 4.000 personen hebben hun deelname bevestigd, waardoor de organisatie besloten heeft 1.500 plaatsen open te stellen voor snelle beslissers.

Gran Fondo Il Lombardia

Een kleine maand later is het de beurt aan de Gran Fondo gebaseerd op het vijfde wielermonument: Il Lombardia. Op 10 oktober vormt het authentieke stadje Cantù het decor voor de start en finish van de toertocht. Hier is er maar één route met een lengte van 111,2 kilometer. Na een kleine 26 kilometer is het meteen zwaar labeur aan de voet van de Colma di Sormano. Toch wacht het zwaarste stuk in de laatste twee kilometer, de befaamde Muro di Sormano. Het zwarte beest haalt gemiddeld 15,8% met uitschieters van wel 27%. Hier gaan met zekerheid voetjes aan de grond worden gezet. Ben je niet echt zeker van je stuk? Dan kan je een korte omleiding volgen om toch aan de top te geraken. Even op adem komen om na 28 kilometer weer aan het klimmen te slaan. De zwaarste klim mag dan wel achter de rug zijn, na de reeds geleverde inspanningen zal de Madonna del Ghisallo ook een stevige kuitenbijter zijn. Vanaf dan is het overwegend dalen richting Cantù met nog enkele knikjes in het parcours.

Het kwalitatieve Named Sport, bekend als voedingssponsor van enkele grote koersen, zal verantwoordelijk zijn voor de bevoorradingsproducten. Deze zullen netjes afgesloten in een zakje zitten, hygiëne boven alles, zeker nu. Dan hoef jij je enkel nog voor te bereiden op de toertocht. Smeer je benen maar al in!