Deel dit artikel:

Weektip: de veiligheidscodes bij ritten in groepsverband

Veiligheid is belangrijk. Om die te borgen, maken wielrenners die in groep rijden handgebaren. Ook zijn er vaste, korte kreten die anderen wijzen op gevaar. In deze weektip belichten we de ‘veiligheidscodes’. Handig, zeker voor de nieuwkomers in fietsgroepen.
  • Wat? Je roep ‘links’ of ‘rechts’ en steekt de hand in de desbetreffende richting uit.

    • Wanneer? Dit is wellicht de meest duidelijke voor iedereen: je geeft aan dat de groep naar links of rechts moet afslaan. Ook maak je dit aan andere verkeersdeelnemers duidelijk.
  • Wat? Je steekt de hand omhoog en roept ‘stop’.

    • Wanneer? Je leidt de groep en nadert een gevaarlijk punt. Daar moet de hele groep even voet aan de grond zetten.
  • Wat? Je roept ‘vrij’.

    • Wanneer? Je rijdt vooraan en weet, net als de renners achter je, dat dit een gevaarlijk punt is. Als je de situatie veilig acht voor jou en de rest van de groep, roep je deze kreet.
  • Wat? Je roept ‘tegen’ en maakt met de linkerhand een meebewegend handgebaar op heuphoogte.

    • Wanneer? Je geeft de rijders achter je aan dat er tegemoetkomend verkeer aankomt.
  • Wat? Je roept ‘voor’ en maakt met de rechterhand een meebewegend handgebaar op heuphoogte.

    • Wanneer? Je geeft de rijders achter je aan dat je verkeer rechts inhaalt, bijvoorbeeld een tragere fietser op het fietspad.
  • Wat? Je roept ‘achter’.

    • Wanneer? Je maakt duidelijk dat er verkeer van achteren aankomt en dat het verkeer wellicht de groep gaat inhalen. Zorg voor voldoende ruimte en ga achter elkaar rijden
  • Wat? Je roept ‘pas op’ en wijst richting een obstakel.

    • Wanneer? Je signaleert een obstakel, bijvoorbeeld een kuil, openstaande autodeur of paaltje. Je verduidelijkt dat met woord en gebaar.
  • Wat? Je roept ‘ritsen’ of ‘op lijn’.

    • Wanneer? Je signaleert dat de weg smaller wordt of tegenliggers. Het is op dat moment wenselijk om elkaar de ruimte te geven, zodat je achter elkaar kunt gaan rijden.

Aanvullende tips

Hoe zorg je ervoor dat de codes z’n effect hebben? Ten eerste: als een voorganger een handgebaar maakt of kreet uitslaat, is het zaak dat je de communicatie opvolgt. Je geeft het handgebaar en/ of de kreet door naar degene die in jouw wiel zit. Dit voorkomt dat de achtersten in de groep verrast worden. Voor kreten van achter uit het groepje, bijvoorbeeld bij achteropkomend verkeer, geldt uiteraard het tegenovergestelde: de communicatie moet naar voren toe doorgegeven worden.

Een tweede tip: maak niet bij het minste of geringste een handgebaar. Een klein gat of een beetje zand op de weg is onvoldoende aanleiding om te roepen of gebaren. Doe je dat wel, dan vervaagt het onderscheid met de communicatie die er echt toe doet. Als je je tot de acht belangrijke zaken beperkt, snapt iedereen dat het menens is.

NEW IN!

T-SHIRT

FIRE 4 YR RIDE