Deel dit artikel:

Beklim deze zomer de legendarische cols van Transsylvanië

De Transsylvaanse cols kunnen moeiteloos naast die van Frankrijk en Italië staan. Deze zomer organiseert ‘Actie Dorpen Roemenië’ drie fietsreizen over de meest iconische Roemeense bergwegen. Een unieke kans om het enorme fietspotentieel van het mythische Transsylvanië te ontdekken, een van de mooiste streken van Europa.

Roemenië heeft de Karpaten, of de Transsylvaanse Alpen, zoals Frankrijk en Italië de Alpen hebben. 24 besneeuwde bergtoppen boven de 2.000 meter, de hoogste op 2.544 meter. Het fietspotentieel is enorm, de landschappen spectaculair, het cultureel erfgoed rijk en goed bewaard.

Voorlopig is het aan culturele organisaties zoals Actie Dorpen Roemenië (ADR) om pionierswerk te verrichten op sportief vlak. Een deel van het inschrijvingsgeld gaat naar medische hulp aan afgelegen Roemeense bergdorpen. ADR steunt ook Roemeense organisaties die Oekraïense vluchtelingen bijstaan.

Elk jaar organiseren zij drie fietsreizen door Transsylvanië. Wij namen vorig jaar deel aan de Karpatenreis die de twee bekendste cols van Roemenië aandoet: de Transalpina (2145 meter) en de Transfăgărăşan (2042 meter). Onderaan vind je alle praktische informatie.

Transalpina (2145m, buiten categorie)

De DN67C. Pas sinds 2009 volledig verhard. De Transalpina klimt naar de Urdele-bergpas op 2145 meter hoogte, de hoogst gelegen verharde bergpas van Roemenië. In totaal is hij meer dan 60 km lang, maar er zijn hier en daar afdalingen en vlakke stukken tussendoor.

Om in de wondere wereld van het hooggebergte te geraken, vertrekken we in de dorpen in het achterland van de middeleeuwse stad Sibiu. Deze dorpen behoren tot het nationale erfgoed: hoofdstraat met typische huisjes in pastelkleuren, en overal wel een kapelletje. Langs de kant van de weg groeten boeren met paard en kar het gele wielerpeloton uit Vlaanderen.

Een eerste beklimming van 5 kilometer leidt ons uit de vallei. Op de top staan Paul en Ria (Roemenië-kenners van ADR die de routes uitstippelden) met de volgwagen te wachten bij een prachtig uitzicht over Transsylvanië onder en de Karpaten boven ons.

Na een fenomenale afdaling begint de beklimming van de Transalpina. Tijdens de eerste 10 kilometer klimt het stijgingspercentage niet boven 4 procent. We rijden in peloton aan een goed tempo. Damp stijgt op uit het natte wegdek. Een veeg voorteken.

Aan het restaurant aan een stuwmeer in de bergen eten we pasta. We weten nog niet wat ons hogerop te wachten staat. Het begint met druppels, dan regen, dan stortregen, en uiteindelijk stortvloed. Van de berg stort een waterval modderwater de weg op, en het restaurant binnen. Lichte vorm van paniek: kunnen we nog wel verder?

‘Goed, laten we dan maar de Flandrien in ons bovenhalen!’, klinkt het overal.

Aan de eerste top is de regen gestopt. En aan de voet van het volgende Transalpina-segment piepen zowaar zonnestralen door het wolkendek. Dat segment is moordend zwaar: genadeloze stijgingspercentages boven de 11 procent. Kilometerslang.

De laaghangende wolken of mist tussen de beboste bergflanken, het natte wegdek dat oogverblindend wordt door de zon erop, de bochtige weg die maar blijft stijgen: heerlijk sereen. De ademhaling is dat minder: het hart klopt in de keel, de benen gaan om de haverklap recht in de trappers. Sommige deelnemers hangen scheef op hun fiets en zien rood als een kreeft.

En dan moet de échte Transalpina nog beginnen. Oorspronkelijk was hier een pad voor herders die met hun schapen de bergen overstaken. ‘Duivelspad’, zo stond de weg toen bekend. Maar in 1938 werd de weg op bevel van de toenmalige koning verhard, om de zuidelijke Karpaten te kunnen oversteken.

Na decennialange verwaarlozing werd deze weg in 2009 hersteld voor het astronomische bedrag van 2,6 miljoen euro per km. Een recordbedrag in de wereld. Er was corruptie mee gemoeid.

Maar die weg brengt de getrainde fietser nu wel in het echte hooggebergte. We laveren door de haarspeldbochten en overstekende koeien. Plots verschijnt achter een bocht een ontzagwekkend uitzicht. Een verre vallei met rotsen, een spectaculaire kronkelbaan als een slang gedrapeerd op de reusachtige bergwand, kilometers ver angstwekkend steil. Dit is de Transalpina van de foto’s.

Aan een haarspeldbocht wordt de hellingsgraad even wat zachter. Achter ons de piepkleine rennertjes in de diepte. Voor ons, een kruisbeeld op een rots. Dat kondigt meestal een adembenemend uitzicht aan. En ja, achter het kruis verschijnt een diepe afgrond en bergen tot aan de horizon.

Op de top blaast een kille wind. Het is 9 graden. Maar er staan kraampjes, en gelukkig ook: koffie! Na 2 kilometer dalen, klimmen we naar de échte top, de bergpas op 2145 meter hoogte. Daar verschijnt het land achter de bergen, wat trouwens de oorspronkelijke betekenis is van de naam ‘Transalpina’. En die laatste 3 kilometer zijn opnieuw moordend steil, alsof ze hier geen kilootje asfalt teveel wilden gebruiken en dan maar een paar haarspeldbochten oversloegen. Het levert heroïsche plaatjes op.

En dan volgt iets dat op zichzelf al voldoende is om aan deze reis deel te nemen: de 27 kilometer-lange afdaling van de Transalpina, door haarspeldbochten en dorpen, het reusachtige dal voor ons, tot aan de horizon. Dit zijn uitzichten die je als rennertje heel klein doen voelen. We zijn in een mum van tijd bijna 2000 meter lager. Windstoppers en jasjes uit. Hier beneden is het zomer, al snel 20 graden warmer dan op de top van de Transalpina.

Transfăgărăşan (2042m, buiten categorie)

‘Van bovenaf ziet de weg eruit alsof elke perfecte bocht van alle perfecte Formule 1-circuits in de wereld, aan elkaar werd geplakt tot 1 lang grijs lint van automobiele perfectie.’ Zo beschreven de presentatoren van het BBC-programma Top Gear (zoek op YouTube naar ‘Top Gear Transfăgărașan best road in the world’) de Transfăgărăşan. ‘Beter dan de Stelvio! Dit de beste weg van de wereld!’, riepen ze vanuit hun sportwagens.

Moest hier een Grote Ronde passeren, zou de naam ‘Transfăgărăşan’ in de wielersport even legendarisch als ‘Stelvio’. In augustus passeert hier uiteraard wel de Ronde van Roemenië.

Voor 1970 bestond hij niet, deze verbluffende weg dwars door het Făgărăşgebergte, een reusachtige horizontale bergrug in de Karpaten. Hier was enkel natuur. Maar de Roemeense dictator Nicolae Ceaușescu was bang voor een Sovjetinvasie. En dus liet hij deze weg aanleggen. 40 arbeiders (het echte aantal ligt vele malen hoger) stierven tijdens de aanleg tussen 1970 en 1974.

Op de flanken van dit gebergte liggen de laatste oerbossen van Europa. En toch is dit géén beschermd natuurpark. Het oerwoud is moeilijk doordringbaar voor de mens (behalve voor de machtige houtkaplobby). Maar beren wagen zich wél steeds meer in de mensenwereld. Ze weten dat toeristen hen eten geven. Plots zien we een rij auto’s voor ons vertragen. En daar zit er eentje, een beer, met voorpoten over de vangrail geleund. We rijden op een paar meter van het prachtige dier.

Aan het Vidraru-stuwmeer beginnen 30 grotendeels vlakke kilometers langs de oostkant van het meer, op een klimmetje van 3 kilometer na.

Aan het einde van het stuwmeer verschijnen de kale bergtoppen in de verte. Daar begint de echte beklimming van 23 kilometer. Eerst gaat het 10 kilometer rechtdoor. Dan volgen 14 iconische haarspeldbochten.

Na een bescheiden middagmaal (met zicht op een waterval die wel 100 meter diep naar beneden stort) in een prachtig gelegen restaurant begint het echte werk: 8 kilometer klimmen op een van de meest spectaculaire wegen ter wereld.

Op de top geeft de langste en hoogst gelegen tunnel van Roemenië uit op een gekkenhuis van toeristische kraampjes. En dan begint de 22 km-lange afdaling die meteen een adembenemend uitzicht biedt over de Transsylvaanse vlakte, de slangenkronkels tot helemaal beneden in de vallei, een uitzicht dat je nog het beste kan vergelijken met dat op de top van de Stelvio. Van helemaal boven lijkt de weg op een klein speelgoedraceparcours.

De afdaling was, hoe kan het anders, 22 kilometer non-stop kicken! Niet ‘beter dan de Stelvio’, maar wel minstens even goed.


Praktisch
De beklimmingen van de Transalpina en de Transfăgărăşan zijn slechts twee van de vele hoogtepunten van de ADR-fietsreizen. ADR organiseert in 2023 maar liefst 3 zulke reizen van telkens 9 dagen, waarvan 7 dagen op de fiets. Meer informatie over die andere hoogtepunten vind je hier:

  • Maramureş: 2-10 juni 2023
  • Door het Apuseni-natuurpark, met de iconische cols Prislop en Transrarău. Ritten tot 140 km en 2500 hoogtemeters, inclusief de beklimmingen van heel wat cols in de Transsylvaanse Alpen. De infobrochure vind je hier.
  • Inschrijven kan hier.
  • Banat: 18-26 juni 2023
    De bergachtige nationale parken Semenic, Domogled en Apuseni zijn van een ongekende schoonheid. Ritten tot 150 km en 2400 hoogtemeters, inclusief de beklimming van de Transalpina, de hoogst berijdbare bergpas van Roemenië. De infobrochure vind je hier.
  • Inschrijven kan hier.
  • Karpaten: 20-28 augustus 2023
  • Grote lus door het legendarische Transsylvanië met zijn versterkte kerken, in de 12e eeuw bevolkt door immigranten uit Vlaanderen. Ritten tot 136 km en 2600 hoogtemeters, inclusief de beklimming van de Transalpina en de Transfăgărăşan. De infobrochure vind je hier.
  • Inschrijven kan hier.


De prijs is van elke reis 1150€ all-in: vlucht naar Roemenië, fietstransport, shuttles in Roemenië, elke dag een ander hotel of pension op basis van tweepersoonskamer met volpension. De fietsen en de bagage worden twee dagen voor de reis ingeleverd op een afgesproken adres. Twee begeleiders rijden met een bestelbus tot in Roemenië, met de fietsen (ingepakt in fietsdozen) en de bagage. Dat is ook de volgwagen die tijdens de ritten voor de bevoorradingen zorgt.




NEW IN!

T-SHIRT

FIRE 4 YR RIDE